
Schrijfster Sholeh Rezazadeh in het Borchuus
VARSSEVELD – Afgelopen zondag was schrijfster Sholeh Rezazadeh (1989), bekend van haar bekroonde debuutroman ‘De hemel is altijd paars’, te gast in het Borchuus. Op uitnodiging van Boekhandel Rutgers werd ze geïnterviewd door Joyce de Schepper over haar pas verschenen roman ‘Ik ken een berg die op me wacht’, over de kracht van de natuur en het verlangen naar rust en ruimte.
Door Ria Tuenter
Rezazadeh kwam acht jaar geleden voor de liefde vanuit Iran naar Nederland. In 2021 verscheen ‘De hemel is altijd paars’ dat bekroond werd met de Debutantenprijs van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde 2022 en met de Bronzen Uil Publieksprijs 2021. Er werden al meer dan 25.000 exemplaren van verkocht. Haar tweede roman ‘Ik ken een berg die op me wacht’ is net verschenen.
“Wat doet het met je als je zoveel loftuitingen krijgt voor een debuutroman?”, vraagt De Schepper. “Het geeft me zelfvertrouwen”, antwoordt Rezazadeh. “Ik vroeg me namelijk af of ik niet ‘te anders’ schrijf voor de Nederlandse maatschappij. Of ik niet te poëtisch zou zijn voor de Nederlandse literatuur. Mijn moedertaal, het Perzisch, is zacht, terwijl de Nederlandse taal erg hard is. Maar die beperking maakt ook creatief. Ik moet dieper nadenken over wat ik wil zeggen. Soms ben ik dagen op zoek naar het juiste woord. Het is ook een uitdaging om me uit te drukken in een nieuwe taal.”
"In literatuur kan de ziel zijn eigen gang gaan"

Rezazadeh vertelt dat ze als kind al schrijver wilde worden. Dat mocht niet van haar omgeving. Ze moest geneeskunde gaan studeren. Maar het bloed kruipt waar het niet gaan kan. Ook tijdens haar studie was ze bezig met literatuur. “Ik ging met mijn patiënten in gesprek over poëzie”, vertelt ze over deze tijd. “Toen ik in Nederland kwam, besloot ik dat het nu tijd was om te doen wat ik altijd wilde doen.”
Na het verschijnen van ‘De hemel is altijd paars’ kreeg de schrijfster veel reacties. “Er was herkenning en willekeurige mensen deelden hun persoonlijke verhalen met mij. Een bijzondere ervaring. Ik vergelijk mijn boeken wel eens met een vakantiehuisje, waar mensen even langskomen om te genieten. Daarna gaan ze weer verder met hun leven. Als kind waren boeken voor mij een ‘veilig huisje’. Wat in de echte wereld niet kon, kon in boeken wel. Het was ook een vlucht uit de thuissituatie die niet fijn was. Ik heb vaak het gevoel dat ik de wereld niet snap. Andersom heb ik dat ook. Als je, zoals ik, hooggevoelig bent of te romantisch voor de echte ‘harde’ wereld, dan kun je daaraan ontsnappen in literatuur. Dan kan de ziel zijn eigen gang gaan.”
"Ik bouw met mijn boeken een soort vakantiehuisje, waar mensen even langs kunnen komen"
In ’Ik ken een berg die op me wacht’ vertelt Rezazadeh het verhaal vanuit het perspectief van de rivier de Aras. “We zijn de natuur vergeten”, zegt ze. “Door de snelheid waarin we leven, zijn we veel kwijtgeraakt en steeds minder met elkaar verbonden. Daarom reisde ik af naar Iran, om me onder te dompelen in het leven van de nomaden daar. De stam die ik bezocht voelt zich rijk in de bergen. Alle generaties zijn in verbinding met elkaar en met de natuur.” Een veelzeggend citaat uit het boek: “Bomen weten alles. Wij mensen zijn de enigen die denken dat we veel weten, maar in werkelijkheid weten we niet veel.”